
‘Wijkverpleegkundige gaat met IZA belangrijke rol spelen in eerstelijn’
‘Wijkverpleegkundige gaat met IZA belangrijke rol spelen in eerstelijn’ keyvisual

Deze week debatteert de Tweede Kamer over de resultaten en knelpunten van het Integraal Zorgakkoord. Het akkoord dat zorg- en welzijnspartijen twee jaar geleden hebben gesloten om gezamenlijk oplossingen te vinden voor de grote uitdagingen in de ouderenzorg. Jeroen van den Oever, bestuurder bij zorgnetwerk Fundis en onderhandelaar namens ActiZ, blikt terug op de uitrol van IZA tot nu toe en geeft enkele aandachtspunten mee aan politiek Den Haag.
‘De ouderenzorg staat voor grote veranderingen. Met minder zorgprofessionals moeten we de zorg verdelen over meer ouderen’, aldus Van den Oever. ‘Om ervoor te zorgen dat dit tekort niet ten koste gaat van de kwaliteit en beschikbaarheid van zorg, verschuift de zorg steeds meer naar de voorkant. Immers, met meer preventie voorkomen we onnodige instroom bij de huisarts en het ziekenhuis en dat is één van de strategieën om toegankelijkheid van de zorg in stand te houden. Het IZA ondersteunt deze beweging en erkent de cruciale rol van de eerstelijnszorg en de wijkverpleging in deze aanpak. Dit nieuwe perspectief heeft al tot positieve resultaten geleid: zo is de wijkverpleging versterkt met het wijkfonds en zijn met de Visie Eerstelijnszorg 2030 mooie stappen gezet in het versterken van de eerstelijnszorg.’
Maar wat betekent die beweging naar de voorkant concreet voor cliënten/burgers, hun sociale netwerk en zorgprofessionals? ‘Voor burgers biedt deze beweging kansen op meer zelfstandigheid en zelfredzaamheid. Met concepten zoals reablement en investering in preventieprojecten krijgen zij de regie over hun leven terug en raken ze niet onnodig gemedicaliseerd. Mensen kunnen zo lang mogelijk thuis blijven wonen en daar, in hun eigen omgeving, de benodigde hulp en zorg ontvangen. Essentieel hierbij is de rol van het sociale netwerk; denk aan familie, vrienden en de buurt. Dit netwerk kan ouderen ondersteunen en helpen bij hulpvragen, voordat deze uitmonden in een formele zorgvraag. Het is belangrijk dat we deze netwerken in de toekomst verder stimuleren en ondersteunen. Verder is belangrijk dat met name mensen met een complexe zorgvraag ook kunnen terugvallen op een vaste samenwerking tussen hun huisarts, hun wijkverpleegkundige en een medewerker uit het sociale domein’
‘Ook de rol van de zorgprofessional verandert in die beweging naar de voorkant; deze verschuift van zorgen voor naar zorgen dat. Onze medewerkers zullen in toenemende mate gaan samenwerken met cliënten en hun sociale netwerk, met het sociaal domein – zoals gemeenten en woningcorporaties – en met de eerstelijnszorgverleners, waaronder fysiotherapeuten en vooral huisartsen. Daarnaast zullen zij vaker gebruikmaken van (technologische) hulpmiddelen om zorg toegankelijker en efficiënter te maken. De wijkverpleegkundige komt naast de huisarts te staan en zal vooral voor patiënten met een complexe zorgvraag intensief met deze samenwerken’
Van den Oever heeft ook een duidelijke boodschap voor Den Haag in aanloop naar Commissiedebat: ‘ActiZ pleit ervoor om beweging naar de voorkant - en de versterking van de eerstelijnszorg - die het IZA heeft ingezet, krachtiger en structureler door te zetten. Juist in de domeinen die buiten de zorg liggen!’
Bijdrage ActiZ aan het IZA-debat
ActiZ heeft een aantal punten geformuleerd die noodzakelijk zijn om de zorg toekomstbestendig te maken bij een eventuele doorstart van IZA:
- Investeer meer en structureel in de beweging naar de voorkant
Om passende zorg en preventie te waarborgen, moeten niet alleen de eerstelijnszorg, maar ook het sociaal domein en de sociale basis worden versterkt. Financiële onzekerheid bij gemeenten, zoals het verwachte ravijnjaar 2026, belemmert op dit moment investeringen in preventie en gezondheidsbevordering. - Vergemakkelijk het proces rondom transformatiemiddelen
Hoewel het bestaan van transformatiemiddelen positief is, verloopt het proces van aanvragen en verantwoorden nu te stroperig en bureaucratisch. Dit belemmert de transformatie naar passende zorg. - Bied zorgprofessionals een marktconform salaris
De huidige loonkloof van 6-9% tussen zorgprofessionals in de VVT-sector en andere sectoren maakt het lastig om voldoende zorgpersoneel te behouden. ActiZ pleit voor 1,23 miljard euro extra loonruimte om deze kloof te dichten.
Download hieronder de paper die ActiZ schreef voor kamerleden in aanloop naar het Commissiedebat over IZA op 4 december 2024.
Reactie ActiZ op besluit VNG om uit het IZA te stappen
Afgelopen week besloten de leden van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) de gesprekken over de toekomst van het Integraal Zorgakkoord te stoppen. ActiZ is betrokken partner in het Integraal Zorgakkoord en het traject om dit akkoord uit te breiden. De branchevereniging van zorgorganisaties werkt aan toekomstbestendige zorg voor ouderen en chronisch zieken. De afspraken in het Integraal Zorgakkoord dragen daaraan bij.
‘Centraal in het Integraal Zorgakkoord staat een integrale visie op zorg en welzijn’, legt ActiZ-voorzitter Anneke Westerlaken uit. ‘Met de beweging om meer in te zetten op preventie en mensen eerder en laagdrempeliger te kunnen ondersteunen voorkomen we met elkaar zwaardere zorg en blijft de zorg als geheel toegankelijk en betaalbaar. Het sociaal domein en de rol van de gemeenten zijn en blijven hierin essentieel.’
Het gevolg van het besluit van de VNG moet ActiZ nog duiden. Gemeenten zijn in alle opzichten belangrijk bij het organiseren van zorg en ondersteuning die past bij wat er nu en in de toekomst nodig is in onze samenleving. ActiZ snapt de zorgen van de VNG en vraagt het kabinet die ook serieus te nemen en hierover met de gemeenten te spreken.